Manieren van leren

De 7 manieren van leren

De definitie van leren is: gedragsveranderingen op de grond van ervaringen. Er zijn verschillende typen leergedrag. De 7 manieren van leren zijn: wennen, imiteren, inprenting, verbanden leggen, trial and error, leren door belonen en straffen & inzicht.

Wennen

Gewenning, oftewel het niet meer reageren op prikkels is een eenvoudige vorm van leren. Het is een prikkel die vaak herhaald wordt, of permanent aanwezig is waar dan niet meer op wordt gereageerd. Ik denk ook dat er gewenning bestaat als je langs of dichtbij een snelweg woont, en je het lawaai van de snelweg kan horen. Als je er even woont raak je er denk ik aan gewend en heb je er geen last meer van.

 

Imiteren

Kinderen doen dingen na die ze zien van ouderen. Ze leren dan het gedrag van ouderen. Dat nadoen van andermans gedrag heet imiteren. Ik denk ook dat als een moeder of vader een paar keer een woord zegt tegen zijn kind, het kind het dan ook wel is zal gebruiken omdat dat kind dat woord al een paar keer gehoord heeft.

 

Inprenting

Dieren van allerlei soorten bezitten gevoelige perioden waarin bepaald gedrag kan worden geleerd. Het leren in een bepaalde gevoelige periode heet inprenting. Meestal is ingeprent gedrag moeilijk af te leren. Bijvoorbeeld het leren herkennen van de ouders, dat kan bijna niet meer worden afgeleerd.

 

Verbanden leggen

Een dier kan leren om (onbewust) een bepaalde prikkel in verband te brengen met een andere prikkel. De wetenschapper die dit heeft ontdekt is de Rus Pavlov. Hij experimenteerde met honden. Elke keer als hij de honden iets te eten gaf, liet hij een belletje rinkelen. Na een tijdje liet hij alleen het belletje rinkelen en gaf hij ze geen eten. De honden vormden toen toch speeksel, enen teken dat ze dachten dat ze eten kregen. Dit is een voorbeeld van verbanden leggen. Nog een voorbeeld van verbanden leggen is als je de kraan hoort lopen, dan kan je dorst krijgen / gaan slikken. Dit heeft allemaal te maken met die verbanden leggen.

 

Trial and error

Trial and error betekent in het Nederlands proberen en falen. Dit is een manier van leren door dingen uit te proberen en fouten maken. Van die fouten leer je weer. Als je bijvoorbeeld aan het boksen bent, moet je een bepaalde houding aannemen. Dat weet je natuurlijk niet aan het begin en dan doe je het verkeerd. Als je dan ziet dat je het verkeerd doet of iemand zegt het tegen je, weet je dat je nooit meer in die houding moet gaan staan maar in de juiste houding. Je hebt dus geleerd van je eigen fouten.

 

Leren door belonen en straffen

Leren door te belonen en straffen is een bekende manier bij kinderen en dieren. Volgens ethologen kan elk gedrag toenemen met de juiste beloning en elk gedrag afnemen door de juiste bestraffing. De etholoog die hier veel onderzoek naar heeft gedaan is Skinner. Een veel bekende manier hiervan is denk ik wel dat als je kind vervelend is je hem een straf geeft. Die straf kan dan zijn dat die op de trap moet gaan zitten. Zo laat je je kind weten dat het niet goed was wat je kind deed, en zo leert je kind weer dat die het de volgende keer niet meer moet doen want anders krijg ik straf.

 

Inzicht

Het doorzien van nieuwe problemen noem je inzicht. Door inzicht kunnen nieuwe problemen opgelost worden. Voor inzicht is intelligentie nodig. Een voorbeeld van inzicht als je bijvoorbeeld op vakantie bent geweest en je er een paar jaar later weer op dezelfde plek komt, je eerst even moet wennen maar even later het eigenlijk wel weer weet waar de dingen zijn en hoe het ook alweer was.